Klimmen stond vorig jaar voor het eerst op het Olympisch programma in Tokio, en hoewel de formule van een gecombineerd evenement met de drie disciplines (snelheid, lood, boulderen) niet werkte voor de Belgische klimmers, kijken ze resoluut uit naar Parijs 2024, Los Angeles 2028 en Brisbane 2032. "Het doel is om bij de beste acht te eindigen", zegt Tijl Smitz, technisch directeur van de Belgische Alpenclub, bij de inhuldiging van de eerste klimzaal voor eliteklimmers in Loverval.
Feit blijft dat het algemene niveau aanzienlijk is gestegen. "We hadden dit niet echt verwacht," geeft Simon Lorenzi uit Luik toe. Hij eindigde vorig jaar 7de in de Bouldering World Cup in Salt Lake City. "Het begin van het seizoen was moeilijk voor ons. Veel klimmers hebben tijdens de gezondheidscrisis niet getraind of deelgenomen aan competities. In tussentijd is het niveau enorm verbeterd", aldus de 25-jarige Luikenaar, die al uitkijkt naar het Europees kampioenschap 11 tot 18 augustus in München. "Het doel is een top 8, daarna zien we wel.
Daarna volgen de Wereldkampioenschappen van volgend jaar in Bern, maar de Spelen blijven het grootste doel voor de Belgische klimmers. Het programma van Parijs 2024 ziet er bovendien volledig anders uit dan in Tokio. "Het programma omvat een gecombineerd discipline, maar ook een aparte categorie voor boulderen/lead en speed (snelkimmen). Dit komt ons beter uit, aangezien geen van ons gespecialiseerd is in dat laatste onderdeel. zijn. De nieuwe klimmuur in Loverval is daar perfect op voorzien. "We hebben er lang op gewacht, maar dit is echt een droom die uitkomt," gaf Jurbisian Chloé Caulier toe. Zij kroonde zich in 2020 tot vicewereldkampioen boulderen in Moskou. "We zullen kunnen trainen op een aanpasbaar parcours", vertelt Nicolas Collin, Europees vice-kampioen Difficulty in 2020, enthousiast. "Dat is een van de kwaliteiten van een goede klimmer: in staat zijn om zich zeer snel aan een route aan te passen. Deze nieuwe infrastructuur zal ons daarbij helpen."
Belga